Ze keek niet om. Ze dúrfde niet om te kijken. Ze had haar ogen alleen maar gericht gehouden op de deuren voor haar. Ze werd niet ingehaald, niet vastgegrepen, dus ze kwam veilig aan bij de grote deuren van het gebouw. Even aarzelde ze. Wilde ze wel naar binnen? Ze had de afgelopen vier Spelen gezien waar de Spelmakers toe in staat waren. Het was niet gezegd dat ze binnen een rustige omgeving aan zou treffen. Wie weet wat ze allemaal in dit gebouw gestopt hadden. Er konden ook giftige slangen zitten, of misschien zat het huis van kelder tot zolder vol met water, dat er allemaal uit zou lopen zodra zíj de deur open zou gooien.
Achter zich hoorde ze de geluiden van het toneel bij de hoorn. Er werd geschreeuwd. Zouden er al mensen dood zijn? Spring voelde zich zwak worden in de knieën. Ze dacht aan Neo. Had hij haar hierheen zien rennen? Ze wilde omkijken en hem zoeken, maar een gil onderbrak haar gedachtenstroom en deed haar nekharen overeind staan. Zonder nog verder te aarzelen opende Spring de deur van het gebouw en wurmde zich door een kier naar binnen. Zonder te kijken wat er daar binnen was, sloot ze de deur weer achter zich. Misschien zou iedereen elkaar buiten afmaken en zou niemand op het idee komen om haar, die grijze muis, te gaan zoeken in het huis. Misschien zouden ze haar gewoon vergeten.
Toen de deur achter haar gesloten was, en de geluiden van buiten verstomd werden, nam Spring kort de tijd om de ruimte in zich op te nemen. Ze zag grote weelde, minstens zoveel als ze in het Capitool gezien had. Ze zag twee grote trappen en een kroonluchter. Links en rechts van haar stonden deuren open. Spring besefte dat ze hier niet lang kon gaan staan dralen. Het zou vast niet lang duren voordat de deuren weer open zouden gaan. Ze probeerde de kamers links en rechts van haar in te kijken, zonder er naar toe te lopen (ze was er nog niet helemaal van overtuigd dat deze hal zonder gevaren was), maar ze kon daar in de gauwigheid weinig interessants ontdekken. Ze overwoog of ze beter naar boven kon gaan, dan was ze verder verwijderd van haar vijanden. Misschien kreeg ze daar wel ergens de kans om naar buiten te kijken, naar de binnenplaats.
Ze meende een geluid te horen bij de deur achter haar. Was het verbeelding? Spring besloot niet te wachten om daar antwoord op te krijgen en haastte zich gauw naar de rechter trap. Boven hoopte ze een veilige plek te vinden om zich te verbergen.
TLDR:
- Crystal staat in de hal (28) en neemt de omgeving in zich op en – voor zover dat wil – de naastgelegen kamers.
- Crystal besluit naar boven te gaan. Ze rent vanaf de deur regelrecht naar de rechter trap.
Als Crystal halverwege de trap is, klapt er een trede onder haar weg. Ze is echter snel genoeg en komt met de schrik vrij. De trede draait meteen weer terug naar zijn oorspronkelijke positie.
(De update van de kaart komt zsm)