Robin haalde het zweet van zijn gezicht en ging weer door met zijn werk. Hoe meer hij gelast zou hebben voor hij naar huis ging, de meer geld ze zouden verdienen. En ze konden elke cent goed gebruiken. Vandaag waren ze in de loods waarin hij werkt, begonnen met een nieuw project: een nieuw soort hovercraft. Eentje die meer spullen in minder tijd zou kunnen vervoeren, plus meer luxe zou hebben. Robin wist er alles van, niet omdat hij als lasser zoveel te weten kwam maar omdat zijn vader ooit de eerste modellen had getekend en hijzelf later deze modellen nog had verbeterd. Maar het lot wou dat zowel hijzelf als zijn vader geen credit meer kregen, in plaats daarvan ging alle credit naar een rotgast uit het vervloekte Capitool. Waarschijnlijk had die man niet eens de schetsen aangeraakt, alleen de opdracht gegeven de oude schetsen maar eens waar te maken.
Eerst was Robin woedend geweest om deze ironie maar hij was afgekoeld van het harde en zware werk. Uiteindelijk had hij zich erbij neergelegd dat het goed was dat er tenminste een opdracht was en dat er dus weer betaald zou worden. Inmiddels zat zijn dag er weer bijna op, over ongeveer vijf minuten zou het zes uur zijn en mochten ze naar huis gaan. Als hij op zichzelf had gewoond had hij graag doorgewerkt om wat extra's te verdienen, maar hij moest op Archer passen en zorgen voor eten. Plus hij moest Archer vanavond nog trainen. Hij brandde de laatste twee grote metalen platen aan elkaar en borg toen zijn werkschort, helm en lasapparaat op en zorgde ervoor dat zijn werkplek er weer degelijk bij lag. Toen checkte hij uit en zei snel doei tegen een paar collega's voor hij naar buiten ging.
Zoals elke dag voelde het fantastisch om weer buiten te zijn. De koele bries die hem verwelkomde was het beste gevoel van de dag en zoveel beter dan de schroeiende hitte die er in de loods was. Hij stond even stil om het te waarderen en ging toen weer verder. Hij liep rechtstreeks naar de winkel om zoals altijd op het laatste moment avondeten te halen. De eigenaar kende hem inmiddels en hield rekening met mensen die, net als hem, laat van hun werk kwamen. Daarom was de winkel tussen zes en acht vaak nog open. Hij liep zo op de automatische piloot dat hij niet doorhad dat er een tegenligger op de weg liep. Pas op het laatste moment had hij het door en probeerde hij nog net opzij te wijken. Maar hij kon niet voorkomen dat ze nog altijd half tegen elkaar aanbotsten. "Sorry, ik zat niet op te letten." Verontschuldigde hij zich.
OOC: Open voor iedereen.