Hummend hakte hij op de paarse wortels in, ze in nette kwartjes snijdend. Naast zijn snijplank stonden kleine houten bakjes, gevuld met de andere groentes die hij al klaargemaakt had. Nash was best chaotisch soms, maar tijdens het koken werd hij verrassend georganiseerd. Eerst alles klaarzetten en dan koken. Hij had al gauw geleerd dat dat een hoop gedoe scheelde. Tien minuten later probeerde hij het fornuis te ontsteken, maar er was slechts een zielig sissend geluidje te horen. Zuchtend bukte hij zich om alle buizen van het gasstel te controleren, aangezien Dexter er wel een handje, of nouja, pootje naar had die los te trekken als de kater de kans zag. Maar dat zat allemaal netjes vast. Dat betekende dus dat de gasfles leeg was, verdorie. Ook fijn dat de vorige gebruiker van het fornuis dat gewoon maar had gelaten voor wat het was. Waarschijnlijk was Gilliard daarom zo chagrijnig geweest, gebrek aan koffie.
Met tegenzin trok Nash zijn bemodderde werkschoenen aan, al deed hij niet de moeite om de veters ook helemaat te strikken. Nee, de uiteindes propte hij gewoon in de schoen. Zo slofte hij de achterdeur uit, met een emmer vol schillen en ander afval in zijn hand. Als hij dan toch al naar buiten ging kon hij net zo goed meteen de varkens hun avondmaal brengen. De trog werd gevuld met de restjes, maar aan het enthousiasme te zien was het voor de beesten een waar feestmaal. Nash keek even geamuseerd toe en draaide zich dan om naar de schuur. Daar moest hij even rond zoeken, maar gelukkig stond er nog een volle fles klaar, anders was het vanavond een simpele broodmaaltijd geworden – dan hadden de varkens het nog beter.
Sjorrend tilde hij de fles op en liep terug naar de keuken. Dat duurde door het gewicht een stuk langer dan de heenreis. Het was toch verbazingwekkend hoe zwaar een gasvormige vulling kon zijn. Hoewel de metalen buitenkant natuurlijk ook niet meehielp. Met zijn schouder probeerde hij de achterdeur te openen, maar die was in het slot gevallen. Nash wilde net de gasfles even wegzetten toen hij opeens iets zag bewegen. Huh? Dat leek sprekend op een varken, maar dan een stuk kleiner. Voor een paar secondes had Nash een hartaanval, denkend dat hij het hek van het hok open had laten staan. Gelukkig drong het toen tot hem door dat dit een zogenaamde pe- eh pi- eh pakari was, waar het nieuws al over gewaarschuwd had.
En hoewel Nash erg nieuwsgierig was naar het diertje klonk de waarschuwing toch niet zo aanlokkelijk, ze beten blijkbaar. Hongerig als de jongen was kon hij het niet laten te denken over de eetbaarheid van het beest, zo op het eerste gezicht zou het niet misstaan in een stoofpotje. Het varkentje was andersom ook erg nieuwsgierig naar hem en kwam scharrelend tussen de graspollen naderbij. Achter het dier was de rest van zijn/haar kudde te zien, die wat minder exploratief waren en liever even de kat uit de boom keken. Het waren er zo al meer dan 10! Nash schopte met zijn voet een paar keer tegen de deur bij gebrek aan vuist om mee te bonzen.
“Cara! CARA! Doe eens open! Er zitten van die dwergvarkens op het veld!” De rennende voetstappen van zijn zusje klonken algauw en de deur zwaaide open, waarop Nash de gasfles in de gang probeerde te proppen. Niet alleen Cara glipte naar buiten, maar ook de kat des huizes voelde zich hierbij betrokken. Zo was het algauw een echte safari terwijl ze probeerden te bedenken of dit beest gelokt kon worden met stukjes brood. Alleen Freek Vonk en/of een verrekijker ontbraken nog.
OOC: De Pekari's zijn gespot!
Nash' achtertuin is vanaf de 'hoofdweg' (voor zover dat er in D11 is hé) ook zichtbaar btw, so feel free to walk in c: