Een RPG-forum gebaseerd op de Hongerspelen. Maak een personage aan voor een van de districten en doe mee aan de Hongerspelen!
 
IndexLaatste afbeeldingenZoekenRegistrerenInloggen

N

O

S

A

E

S

S

T

H

G

I

L

T

O

P

S

Personage van het seizoen
Milly Butterworth
Winnares 1e Spelen
Sage Malone
Winnares 2e Spelen
Madelynn Bristow
Winnares 3e Spelen
Solar Gbadamosi
Winnares 4e Spelen
Kasa Locklear

F

F

A

T

S

Admini
Cecilia Peak
Admini
Tyrell Peak
Moderator
Nike Foxglove
Moderator
Matthew Mills

S

T

I

D

E

R

C

© 2013 - 2015
De Hongerspelen RPG is ontworpen en gemaakt door de Adminies en is gebaseerd op de Hongerspelen trilogie van Suzanne Collins.

Deze skin is getest op
Google ChromeMozilla Firefox

Deel
 

 Aapjes kijken

Vorige onderwerp Volgende onderwerp Ga naar beneden 
AuteurBericht
Tyrell Peak
Hoofd Spelmaker
Tyrell Peak

PROFIELAantal berichten : 2155
Registratiedatum : 20-07-13
KARAKTER
Karakter Informatie
Geslacht: Man
Beroep: Spelmaker
Leeftijd: 33

Aapjes kijken Empty
Onderwerp: Aapjes kijken | za maa 04, 2017 11:01 am

Een kwartier voordat de arena geopend zou worden, stapte Tyrell de controlekamer van de Spelen binnen. En dat was laat. Veel te laat. En hij had hoofdpijn. Wiens idee was het om de nacht voor de opening van de Spelen een feestje te organiseren?
Ook de andere spelmakers zagen er niet al te uitgeslapen uit.
'Heeft iemand Abberline nog gecontroleerd?' was het eerste dat Tyrell vroeg toen hij zijn collega's zag.
'Ook goedemorgen,' was de respons.
Tyrell negeerde dat en keek zenuwachtig naar de tientallen schermen, bang dat hij ergens iets zou zien dat niet klopte. De dieren zagen er in ieder geval niet hongerig uit, wat erop wees dat ze eten hadden gekregen. Het miezerde, dat was ook goed, en nergens werd het beeld troebel door water op de lens van een camera. Er zat geen krater in de buurt van het enorme aardvarken, ook een opluchting, en zo op het eerste gezicht waren er niet plotseling attributen bij de Hoorn verdwenen. Dat zei natuurlijk niks over de gesteldheid van de rest van de arena, maar dat was iets wat ze in de komende uren zouden ontdekken. Tyrell wist hoe tricky regen kon zijn; hoe het elektrische apparaten die ogenschijnlijk waterdicht waren toch plotseling kon uitschakelen. Hij wist ook hoe onhandig het was om met andere mensen samen te werken; hoe onbetrouwbaar die anderen altijd waren. Hij wist ook hoe gevaarlijk het was om echte dieren in de arena te houden, want die waren haast nog minder voorspelbaar dan de vierentwintig tributen die over een kwartiertje zouden worden losgelaten.
Haast.

Feit was natuurlijk dat de tributen helemaal niet voorspelbaar waren. Je kon een beetje gokken welke er weg zouden rennen en welke zouden gaan vechten, maar je werd toch altijd wel weer door een of twee van hen verrast.
Tyrell had bijvoorbeeld gedacht – of nou ja, eigenlijk vooral gehóópt – dat Russo er als eerste vandoor zou sprinten. Voor de pool die hij had ingevuld was dat niet echt gunstig (hij had immers gedacht dat Finnegan als eerste het loodje zou leggen), maar er waren belangrijkere dingen in het leven. Als hij moest kiezen zag hij Finnegan liever achter Afolayan aan door de arena huppelen, dan de onterechte beschuldigingen en het gemok van Russo nog twee weken lang aan te horen.
Maar er waren ook nog andere mogelijke scenario’s wanneer er vierentwintig tributen zenuwachtig op evenzoveel kleine platforms moesten wachten tot het startsein werd gegeven. De stem telde af naar het moment dat de tributen tevoorschijn zouden komen. Tyrell had inmiddels plaatsgenomen op een van de luxe stoelen, met goed uitzicht op de tientallen schermen die elk hoekje van de arena lieten zien. Datgene wat op dat moment het meest interessant was, werd natuurlijk altijd snel naar de grootste schermen gehaald.

‘...30...’ klonk er luid. Tyrell schoof naar het puntje van zijn stoel. Er moesten nog een paar seconden verstrijken, maar hij wist dat de Spelen nu al waren begonnen. Er zou toch zeker wel één tribuut zijn die zich niet aan de regeltjes wilde houden?
Terwijl op het middelste beeldscherm een shot van Ostergard, Jones en Seppänen werd getoond, keek Tyrell naar het beeldscherm daarnaast, waarop onder andere Russo stond. En toen naar het beeldscherm aan de andere kant, waarop Heda te zien was. Wie zou als eerste rennen?
Al na vijf seconden was het antwoord duidelijk. Cruz. Veel bleef er niet van haar over, behalve een nare herinnering voor de tributen en familieleden die het hadden zien gebeuren. En een goede herinnering voor de Spelmakers, die lacherig juichten.
'Proost!' zei Tyrell spottend en iemand anders: 'Vrolijke Hongerspelen!' En zeven glazen champagne werden geheven. Het waren dan ook eigenlijk nog steeds kleine kinderen, die er dol op waren dingen op te blazen. Dat het dit keer om een tiener ging, dat was makkelijk te vergeten in de luxe van het Capitool.

De werknemers die op dat moment de beelden in de gaten moesten houden en andere saaie klusjes moesten opknappen, deelden niet in die euforische stemming. Natuurlijk hadden ze gezien dat er iemand was opgeblazen en had dat indruk op hen gemaakt (hier en daar had een verraste “Wow” geklonken), maar ze waren ook professionals, die graag wilden laten zien dat ze hun functie in het Spelmakers hoofdkwartier waard waren - hoe onbeduidend sommige functies ook waren.

'…5...' De klok tikte door. Tyrell had zijn glas champagne in één keer opgedronken en keek weer geboeid naar de beeldschermen. Hij vond het niet erg dat het Cruz was geweest die als eerste rende. '...4...' Natuurlijk, er waren tributen die hij liever niet in leven zag, maar Cruz was geen showmaker. Zij zou niet gemist worden tijdens het Spel. '...3...' Al zouden ook de meest onbeduidende tributen wel voor leuke situaties kunnen zorgen. Daar hadden ze dit jaar rekening mee gehouden: de verborgen attributen, die je alleen kon vinden met geluk of wijsheid, niet per se met kracht. '...2...' Wat minder vechten op dag 1, wat meer variatie op de andere dagen – dat was het idee. '...1...' Tyrell kon alleen maar hopen dat de tributen welwillend met dat idee meedachten en goed op onderzoek uit zouden gaan.
'...0...'
En weg waren ze.

Veel tributen renden er meteen vandoor, maar niet zoveel als Tyrell verwacht had. Hij was blij verrast. Er lagen bar weinig wapens bij de Hoorn, maar toch aarzelden sommigen tributen geen moment om voor de soms waardeloze attributen te vechten. Toegeven, McLean en Naysmith konden natuurlijk helemaal niet weten of de eendentas waarde had en zelfs als ze zagen wat er in de tas zat, was het nog de vraag of ze begrepen wat ze daarmee konden.

Er waren nog andere tributen die op de tas af kwamen, maar op dat moment werd Tyrell’s aandacht getrokken door de confrontatie van Blitz en Falkner. Het was misschien wat voorbarig om van een confrontatie te spreken, maar ze hadden beiden het aardvarken beklommen en het leek er niet op dat Falkner van plan was Blitz lang boven te houden.  
En inderdaad, Falkner had Blitz nauwelijks gespot, of hij vloog al op zijn tegenstander af, om uit te halen met zijn vuist. Nu was het de taak aan de kijker en de regisseur om de tijd goed te verdelen tussen dit gevecht en het gevecht dat bij de staart van het aardvarken plaatsvond.

Tyrell knikte goedkeurend toen hij Blitz en Falkner naar elkaar zag uithalen met hun vuisten. Er klonk een krakend geluid, akelig hard, en niemand hoefde eraan te twijfelen dat Falkner’s neus zojuist gesneuveld was. Tyrell glimlachte onwillekeurig. Heel even ging zijn blik naar het andere scherm, waarop de tributen van 4 op de vuist gingen met McLean en Naysmith. Ze waren volledig aangewezen op hun vuisten en voeten, dus erg dodelijk was het gevecht niet per se.
Toen hij weer naar het gevecht tussen Blitz en Falkner keek, werd Falkner plotseling van achteren geduwd. Hij gleed weg, greep om zich heen en – gelukkig! – hij nam Blitz mee in zijn val. Maar waar kwam dat stomme kind opeens vandaan? Olsen. Tyrell keek snel de andere beeldschermen af en zag dat Shine ook het aardvarken op geklommen was. Hij besefte dat Olsen voor Shine uit moest zijn gerend. Het schild lag er niet meer, dat was naar beneden gevallen. Waarom had Olsen het schild niet gepakt? En waarom was ze niet gewoon met Shine gaan vechten? Falkner was sterk, maar het was de vraag of hij twee tegen één zou overleven. Maakte het uit wie van de twee, Falkner of Blitz, zou overleven? Voor zijn pool wel degelijk. Blitz moest eerder sterven. Punt.

‘Sta op idioot!’ mompelde Tyrell toen hij zag dat Blitz veel eerder overeind was dan Falkner. Het was zo frustrerend om toe te kijken. Maar ook wel grappig, want Blitz besloot dat het een goed idee was om eerst een trap naar het gezicht te geven, vervolgens naar voren te duiken om uit te halen met zijn vuist en daarna weer overeind te komen voor nog een trap naar het gezicht. Niet echt een sterk staaltje efficiëntie. De tweede trap werd door Falkner opgevangen en omgezet in een counteraanval. ‘Ja!’ dacht Tyrell hardop. Nee, toch niet. Olsen kwam Blitz weer uit de nesten halen en stak een schaar in Falkner’s nek. Een schaar! Tyrell was in alle chaos helemaal vergeten dat er een schaar op het beeld had gelegen. De schaar in zijn nek wakkerde een soort oerwoede in Falkner op en niet geheel onverwachts maakte hij de domme fout om de schaar uit zijn nek te trekken, met veel bloed tot gevolg. Er volgde nog enkele minuten, waarin Blitz uiteindelijk degene was die Falkner doodde door te schoppen. Te blijven schoppen. Ze hadden een schaar waarmee ze het sneller af zouden kunnen maken, maar hij bleef schoppen.
‘Weet je dat sommige mensen ons wreed vinden,’ zei Tyrell, niet in het minste aangedaan door die gedachte en wetend dat onder “sommige mensen” ongeveer 99,9% van de districtbewoners viel. ‘Maar wij zijn niet half zo wreed als dat joch daar. Cruz is minder pijnlijk en inhumaan om het leven gekomen dat Falkner.’
‘Mooi toch?’ zei één van zijn collega’s. ‘Dit geeft fantastische beelden!’  
Tyrell grijnsde. Ja, dit was waar de Spelen om draaiden. Ze waren afhankelijk van de moordlust van de tributen, want er zou niets aan zijn als zij zelf iedereen op moesten blazen.

Hij stond op en liep naar de wat kleinere schermen, waar herhalingen van de afgelopen minuten werden getoond. Niet om nog eens te zien hoe de tributen uit 3 Falkner om het leven brachten, maar om te zien wat hij gemist had toen hij daarop gefocust was geweest. Gelukkig was dat niet veel. Shine had wat attributen bij de Hoorn weggekaapt en was toen zijn districtgenoot te hulp geschoten. Met zijn mes had hij nog wat bloed doen vloeien, maar daarna waren de tributen uit 4 al snel gevlucht. Ook wel eens leuk: een confrontatie waarbij niet meteen iemand gedood werd. Dat betekende namelijk dat er later nog eens een confrontatie moest volgen. Meer vechten. Meer spanning. Meer yay. Meer kijkers. Een groter succes.

Er was ook nog een soort van mini confrontatie geweest tussen Golden en Afolayan, maar Golden bleek toch teveel een angsthaas om zijn recht op de bidon te claimen. Een anticlimax? Dat hing van je verwachtingen af. Tyrell had nooit verwacht dat Golden vrijwillig in een gevecht verwikkeld zou raken, dus teleurgesteld was hij in ieder geval niet.
Dat het verstandig was van Golden om er vandoor te gaan, bleek al snel. Afolayan scheen een paar sterke bondgenoten te hebben – en hun bondgenootschap groeide verder toen ze het plein verlieten. Wat je aan Finnegan als bondgenoot had, is dan wel weer de vraag, maar het was duidelijk dat ze haar niet zomaar konden lozen. Behalve als ze zich zouden herinneren waar dit Spel om draaide: moord. Tyrell kreeg echter het akelige gevoel dat dit bondgenootschap daar te vredelievend voor was. Bah.

Verder was iedereen ongedeerd ontkomen. Verrassend was dat Colton en Travers nog attributen hadden weten mee te nemen, maar Tyrell geloofde niet dat ze lang zouden overleven. Travers was een mini-manager zonder overlevingsskills en Colton kon niet normaal lopen. Was het toeval dat McLean, Naysmith, Shine en Orchard dezelfde richting op liepen als het tweetal? Ze deden niet hun best om hen in te halen, zoveel was zeker. Het viertal bleef zelfs nog even bij de Olifant hangen om wat te drinken – vol wantrouwen natuurlijk. Tyrell lachte, terwijl hij terugliep naar “zijn” stoel. Het was grappig hoe de tributen alles wantrouwden wat ze in de arena tegenkwamen.

Behalve de eieren. Spurling ontfermde zich over een ei dat ze had gevonden in het hok van de gieren en ook Blitz liet het ei bij de Hoorn niet liggen. Je zou zeggen dat iets met aflopende getalletjes erop verdachter moest zijn dan, bijvoorbeeld, een plastic flamingo. Misschien was dat waarom ze de eieren juist wél vertrouwden.

Tyrell liet zijn champagneglas nog eens vullen, maar dit keer met iets non-alcoholisch. Hij wilde graag de rest van de dag ook nog een beetje bij bewustzijn zijn. Hij zakte lui onderuit terwijl het bondgenootschap van Afolayan, Jones en co. als eerst een gebouw betrad. Ze leken niet te weten wat ze aan moesten met al die knuffels, namen wat t-shirts mee en gingen toen verder. Meteen toen ze de volgende deur door gingen, klonk er luid een alarm.
Damn. Waarom had hij ook al weer twee liervogels kennis laten maken met het geluid van een alarm en wáárom moesten ze zonodig hun keel opzetten als hij toch al barstende hoofdpijn had? ‘Ugh... Ga wat halen tegen de hoofdpijn,’ zei hij tegen een avox die net drinken bij Junius Cane stond in te schenken. ‘Nu.’ De avox hield abrupt op met inschenken toen ze hoorde hoe geïrriteerd Tyrell klonk en haastte zich weg. Dat leverde Tyrell een niet al te vriendelijke blik op van Junius, maar die wist dat hij tegen zijn meerdere niet hoefde te gaan klagen.

In de arena werden intussen nieuwe bondgenootschappen gesmeed. Spurling en Russo. Heda en Moore. Het eerst genoemde tweetal kon nog voor verrassingen zorgen. Het tweede genoemde tweetal was gedoemd om het lachertje van de Spelen te worden. Als je het Tyrell vroeg, althans.

De tributen die bij de Hoorn voor de meeste ophef hadden gezorgd, waren niet veel later weer op oorlogspad. Naysmith en co. hadden Colton en Travers gespot en haastten zich achter hen aan, het grote gebouw in waarin ook Jones en co. zich bevonden. Zij kwamen echter niet in dezelfde ruimte terecht, daar was geen tijd voor. Colton en Travers zagen in dat ze geen schijn van kans hadden om te ontsnappen.
Het was verwonderlijk hoe makkelijk de tributen dit jaar omgingen met het idee dat ze moesten moorden. Naysmith en co. hadden nauwelijks wapens, maar aarzelden niet om de confrontatie aan te gaan. Het tweetal weerde zich verrassend kranig, maar was natuurlijk geen partij voor de sterkere overmacht. Tyrell keek zwijgend toe en vroeg zich af wat er zou gebeuren als Naysmith en co. Jones en co. tegen zouden komen. De eerste indruk was dat Jones en co. het sterkere bondgenootschap waren, maar nu besefte hij dat Naymsith en co. alle vechtlust hadden die het aan het andere bondgenootschap ontbrak.

Over vechtlust gesproken: ook Ostergard zou het niet lang overleven. Tyrell moest terugdenken aan de trainingen, toen Ostergard geen moment bij zijn vuur vandaan was gegaan. Toen had hij al geweten dat Ostergard ook niet de eerste zou zijn die het op een rennen zou zetten. Ostergard was passief. Heel. Erg. Passief. Toen Blitz hem begon te slaan met het ei, deed hij niets anders dan zich zo klein mogelijk maken en smeken om genade. Blitz, inefficient als hij was, begon weer te schoppen. Het was Olsen die er snel een einde aan wist te maken.
Tyrell schudde zijn hoofd. Als Blitz niet leerde wat snel en efficient was, zou hij wel erg afhankelijk worden van Olsen. Tyrell kon het Blitz vergeven dat hij Falkner had vermoord, maar niet als hij zelf ook zou sterven. Er moest dit jaar een mannelijke winnaar komen, anders zou Cecilia teveel praatjes krijgen.

Ondanks dat Tyrell het absoluut boeiend vond om de gevechten van de tributen te volgen, was hij opgelucht dat er niet heel veel meer gebeurde die dag. Hij viel constant bijna in slaap, ondanks dat hij al snel van frisdrank overging op koffie en het risico liep caffeïne vergiftiging op te lopen. Op een gegeven moment toen hij weer wakker schrok, was het volledig donker in de arena. Het laatste wat hij zich van daarvoor kon herinneren, was dat Spurling en Russo nog een ei hadden gevonden. Hij wreef door zijn ogen en besefte toen dat zijn hoed van zijn hoofd was gevallen. Enigszins paniekerig raapte hij die van de grond en zette hij hem weer op zijn hoofd. Hij keek nog even de schermen langs – gebeurde er echt niets boeiends? – en besloot toen naar bed te gaan. Hij zou geroepen worden als er iets belangrijks gebeurde en hij had vier wekkers gezet voor de volgende ochtend, allemaal rond zeven uur. Hij zou toch niet door ál die wekkers heen slapen?
Terug naar boven Ga naar beneden
http://goldenlionofra.deviantart.com
Tyrell Peak
Hoofd Spelmaker
Tyrell Peak

PROFIELAantal berichten : 2155
Registratiedatum : 20-07-13
KARAKTER
Karakter Informatie
Geslacht: Man
Beroep: Spelmaker
Leeftijd: 33

Aapjes kijken Empty
Onderwerp: Re: Aapjes kijken | wo maa 22, 2017 9:39 pm

Terwijl Blitz en Olsen hun laatste appel deelden en lone wolves Freeman en Golden zich tegoed deden aan datgene wat ze konden vinden in de natuur, genoot Tyrell van een gebakken eitje met spek en een kop sterke koffie. Hij had besloten in de controlekamer te onbijten, want hij hoopte op wat actie in de vroege morgen. Blitz en Olsen hadden gisteren behoorlijk gretig geleken om iedereen zo snel mogelijk af te slachten, dus de kans bestond dat ze ook vandaag niet lang zouden rusten.
Wat Tyrell dan weer niet verwacht had, was een sponsoring op dit uur. Wie stuurde er nou een sponsoring op het moment dat de meeste Capitoolbewoners nog lagen te pitten? Hij legde zijn mes en vork even neer om niet te missen wat de sponsoring zou blijken te zijn. Voor Rennold bleek het brood en touw; voor Seppänen een morgenster.
Het was waarschijnlijk teveel gevraagd dat Seppänen nu spontaan om zich heen zou gaan slaan met zijn dodelijke wapen... Toch was de reactie van Seppänen op zijn sponsoring nog veel teleurstellender dan dat.
‘Hij is niet van plan tegenstanders te doden?’ riep Tyrell verbijsterd uit. ‘Hij is sterk, heeft alle kans om levend thuis te komen, maar hij wil het spel gewoon niet meespelen?’ En Afolayan bleek al net zo erg te zijn. Tyrell rolde met zijn ogen en maakte een mentale notitie dat dit bondgenootschap zo snel mogelijk uit elkaar moest vallen. Waar waren de gifkikkers als je ze nodig had?
‘De volgende keer werken we weer met op afstand bestuurbare beesten,’ zei Tyrell tegen niemand in het bijzonder – hij wist dat de meeste van zijn onderdanen werknemers toch automatisch wel luisterden als hij iets zei en dat hij daarvoor niet specifiek één iemand aan hoefde te kijken. ‘Daar kun je tenminste van op aan.’
Zolang het bondgenootschap in deze jungle rondhing, was er in ieder geval altijd nog Plan Hide – wat niet meer was dan een codenaam voor iets waarvan Tyrell heel erg hoopte dat het perfecte moment aan zou breken om dat uit te voeren. Nu was dat moment nog niet. Het was nog te vroeg.

Toch zou het leuker zijn als er wantrouwen was binnen het bondgenootschap. Tyrell keek nadenkend naar het scherm. Hoe zaaide je wantrouwen tussen heilige boontjes? Zijn blik viel op Finnegan. Finnegan was niet heilig. Finnegan was naïef. En als er iets was waarin naïeve kleine meisjes goed in waren, dan was dat wel dingen geloven die ze volgens hun ouders niet moesten geloven. Een plan borrelde op in zijn gedachten. Het was nog vaag, onuitgewerkt, maar hij zag mogelijkheden.

Tyrell krabbelde wat op een papiertje en hervatte toen zijn ontbijt. Omdat er verder nog niet veel gebeurde in de arena, besloot hij om eens te kijken wat de media berichtten over de eerste dag van de Spelen en hoe de arena volgens hen ontvangen werd. Tyrell was niet echt een krantenlezer en als nieuws hem niet aanstond betitelde hij dat maar wat graag als onzin, maar dat nam niet weg dat hij wel wilde weten wat er geschreven werd.
Spectaculaire inleiding van de Spelen kopte De Adelaar. Tyrell glimlachte. Positieve berichtgeving was altijd leuk. Weinig doden op de eerste dag kopte een andere krant. Nee, dan toch maar weer terug naar De Adelaar. Stilte voor de storm? schreef die over Jones en co. Blijkbaar niet dus. Stilte voor een zomerbriesje mochten ze hoogstens verwachten. Vooralsnog. Tyrell’s blik dwaalde naar de paar woorden die hij op het papiertje had gekrabbeld. Toen las hij verder.

Lezen was misschien een groot woord, want hij werd telkens afgeleid door de grote beeldschermen die lieten zien waar de tributen mee bezig waren. Toen hij de naam Kasa Locklear zag staan, keek hij weer op en zocht naar het duo uit district 4. Ze kregen de kans om zich te herpakken en Tyrell gunde ze die kans. Hij gunde Locklear die kans. Hij hoopte dat ze goed herstelde en dan op een spectaculaire wijze wraak zou nemen op degenen die haar verwond hadden. Als ze ook maar enigszins op haar zus leek, dan had ze dat in zich.  Het maakte niet uit of ze stierf bij haar wraakpoging of dat ze zou slagen, het ging om de weg ernaar toe. De bloeddorst. Het gevecht. De spanning. Hij rekende erop dat ze geen Seppänen zou blijken.

Tyrell at zijn laatste beetje gebakken ei op en keek toe hoe Shine en McLean op zoek gingen naar de kluiscode – hij genoot van dat soort speurtochten, vooral als mensen totaal faalden – en hoe Dana en Nino wat vruchten gingen plukken.
‘Hi! Capitool?’ Onwillekeurig voelde Tyrell zich aangesproken toen Russo tot de camera sprak. Hij had een slok koffie willen nemen, maar liet zijn hand nu weer langzaam zakken. Hij vermoedde dat er een tirade zou volgen over hoe verschrikkelijk het Capitool was en als dat zo was, moest hij politiek tactisch gaan handelen... en Russo vanuit de lucht neerknallen was helaas niet iets wat onder die categorie viel.
‘...zoals u ziet is het hier behoorlijk nat.’
Pas toen hij opgelucht uitademde, realiseerde Tyrell zich dat hij met ingehouden adem had afgewacht. Toen begon hij te lachen – deels uit opluchting, deels omdat het ook gewoon grappig was. Hij twijfelde er niet aan dat andere Capitoolbewoners ook de humor zouden zien en haar daadwerkelijk een paraplu zouden sponsoren. En als ze die zou krijgen, zou ze dan spijt hebben dat ze niet om een mooi kapmes of – beter nog – een mitrailleur had gevraagd?

Nee. Waarschijnlijk niet. Tyrell hele lichaamstaal sprak oprechte verbazing toen Russo niet veel later als een klein kind naar de speeltoestellen rende. Hij keek met grote ogen en open mond om zich heen, zijn handen half geheven met de handpalmen naar boven. Was hij de enige die dit gestoord vond? What the...?
‘Je kijkt alsof je een spook hebt gezien,’ zei gewaardeerde collega Quinten Junior, die op dat moment de deur door kwam. Tyrell kon niet anders dan vol verbijstering naar het scherm gebaren, want de juiste woorden kon hij niet vinden. Quinten schoot in de lach toen hij zag hoe Russo zich uitleefde in de speeltuin.
‘Ze blijven verbazingwekkend, niet?’ zei hij, terwijl hij plaatsnam naast Tyrell. Tyrell schudde zijn hoofd, nog steeds in shock dat er mensen waren die glijbanen en schommels leuker vonden dan, om maar wat te noemen, met messen achter andere mensen aanrennen.

‘Heb je de prijsvraag van De Adelaar al beantwoord?’ vroeg Quinten, zonder zijn blik van de schermen af te wenden.
‘Welke prijsvraag?’ vroeg Tyrell, die nauwelijks kon geloven dat wat hij zag daadwerkelijk gebeurde, maar dat nu toch langzaam begon te accepteren.
‘Over wat er in de eieren zit.’ Quinten haalde zijn schouders op. ‘Het is dat de prijs voor mij niet interessant is, anders had ik het goede antwoord gegeven.’
‘Er zijn vast nog wel meer mensen die raden dat er een wapen in zit. Met zo weinig wapens bij de Hoorn...’ Hoeveel mensen zouden teleurgesteld zijn dat het geen bom bleek te zijn?
‘Maar niemand weet het zo specifiek als ík.’ Quinten lachte. Tyrell glimlachte half. Hij vond Quinten lang niet zo vervelend als de andere Spelmakers, wat er waarschijnlijk mee te maken had dat hij vaak vergat dat Quinten bestond. Het was een beetje een grijze muis als je het zo bekeek. Hij maakte wel eens opmerkingen, maar meestal niet al te dom of ergerlijk.

Al snel kwamen ook de andere Spelmakers binnen. Af en toe liep er ook weer één weg – om te bellen, te roken, gewoon even een frisse neus te halen, of wat dan ook. Tyrell niet. Tyrell bleef waar hij was, dicht bij het centrum waar alles in de gaten werd gehouden. Af en toe stoorde hij wat medewerkers door te claimen dat hij of zij zijn werk niet goed deed (‘Wat? Ben je de gekko uit het oog verloren? En de kikkers, weet je wel waar die zitten of zit je hier alleen maar te slapen?’), maar over het algemeen keek hij gewoon naar wat er gebeurde.
Hij lachte mee toen Orchard en Naysmith in een valkuil vielen,  zei spottend: ‘Och, ze kunnen tellen. Wat goed van ze!’ toen Moore en Heda het juiste antwoord gaven op de vraag bij de kraanvogels en vroeg om de lijst met sponsoren toen Russo niet alleen een charmante paraplu, maar ook een mes kreeg toegestuurd.

In principe keek hij altijd wie welke sponsoring stuurde. Niet altijd op het moment zelf, maar dan toch altijd wel op een moment dat hij niets te doen had. Hij wilde weten wie zich met zijn Spelen bemoeiden, ook al zeiden de meeste namen hem niets. Er zaten echter ook altijd wel namen bij die hem wél wat zeiden. Leavitt bijvoorbeeld. Of Carmen

Nieuwe afleiding: Blitz en Olsen waren op jacht en Tyrell was wederom verbaasd toen Blitz de plastic flamingo tot zijn nieuwe wapen omtoverde. Het was nog effectief ook. Het was altijd weer boeiend om te zien hoe de tributen met de gegevens omgingen. Datgene waar ze zoveel aan konden hebben (als ze tenminste verder nadachten dan hun kleinzielige breintjes soms aankonden) lieten ze links liggen, maar met zoiets sulligs als een plastic roze object gingen ze graag aan de haal.

Voor de Spelmakers was het tevens een seintje: tijd voor lunch. Dat werd door een aantal avoxen gebracht en om heel eerlijk te zijn was het misschien iets meer dan voor een lunch noodzakelijk was. Hier konden ze de rest van de dag ook nog wel van eten en als de avoxen het niet op zouden ruimen, zouden ze er morgen ook nog wel van kunnen ontbijten. En lunchen.

Pas later in de middag kwam er echte actie, en dachten de Spelmakers niet meer zo aan eten. Blitz en Olsen gingen op oorlogspad. Het was misschien niet helemaal eerlijk te vergelijken, met Naysmith en Orchard op de bodem van een valkuil en Locklear gewond, maar het leek erop dat Blitz en Olsen de grootste smaakmakers van de Spelen zouden waren. Zodra ze Freeman zagen, gingen ze op haar af. Dat ze daarvoor door een hok met neushoorns en gnoes moesten lopen? Ach, wat maakte dat uit?

Tyrell zat in ieder geval op het puntje van zijn stoel. Ook werd in beeld gebracht hoe Golden zich dieper wegstopte tussen de struiken aan de rand van het savannehok.
Niet vergeten! waarschuwde Tyrell zichzelf. Straks wint dat joch puur omdat we hem over het hoofd zien.
Het gevecht dat niet veel later tussen Blitz, Olsen en Freeman plaatsvond was makkelijk te voorspellen. Freeman had geen wapens, behalve misschien datgene wat er in haar ei zat... maar ja, ze had niet ver genoeg gelopen om erachter te komen wat ze met zich meedroeg. Misschien had ze erop gegokt dat het een bom zou zijn.

Wederom was te zien hoe Blitz niet aarzelde om zijn tegenstanders in elkaar te slaan. Gevoeliger types dan Tyrell zouden daar misschien enigszins misselijk van worden. Ook nu weer was het Olsen die de laatste steek moest toedienen met haar schaar. Daaruit concludeerde Tyrell dat Blitz ofwel genoot van het geweld en daarom de dood van zijn tegenstander het liefst zo lang mogelijk uitstelde, ofwel gewoon geen inzicht had in hoe je mensen effectief uitschakelde.  
Gejoel en gelach bij de toeschouwers toen de neushoorns besloten dat ze lang genoeg mensen in hun hok hadden geduld. Ze renden op het tweetal af. ‘Ah! Net mis!’ riep iemand, toen Olsen aan de kant werd gebeukt, maar daarbij niet gedood werd. Wel was ze behoorlijk gewond, zo bleek al snel.

Blitz en Olsen wisten het ei van Freeman nog op te halen en met die buit het hok te verlaten. De flamingo lieten ze achter. Een zielig hooptje roze in de eeuwige miezerregen.
‘Hoeveel meter nog?’ vroeg Tyrell, terwijl Olsen en Blitz terugliepen naar hun uitvalsbasis. Degene die een schermpje voor zich had met daarop de getallen van de eieren wist wat er bedoeld werd en zei: ‘Ongeveer tachtig.’
Ja, hoeveel mensen zouden teleurgesteld zijn dat het geen bom was? En hoeveel mensen hoopten dat het een werkend pistool was?
Die dag zouden ze het nog niet te weten komen en Tyrell kon alleen maar hopen dat de eieren nog niet zo erg gehyped waren, dat wat er ook zou uitkomen een tegenvaller was. Helaas was hij van overtuigd dat er op dit moment bij zo ongeveer elk restaurant wel een toetje werd geserveerd in de vorm van een ei met een mysterieuze inhoud. Hij had er bijna spijt van dat ze geen lege eieren hadden neergelegd. ...Of...?

Zijn gedachten over de eieren waren snel weer verdwenen toen Blitz en Olsen hun schuilplaats binnen kwamen. Olsen begon meteen te tieren. ‘Idioot!’ begon ze haar tirade. Ze had alle recht om kwaad te zijn. Tyrell knikte goedkeurend en zei hardop: ‘En ze pakte haar schaar en in een vlaag van woede en verstandsverbijstering ramde ze die volledig onverwachts zo – bam – in de keel van Blitz.’
‘The End,’ beaamde Quinten Junior.
‘Ja. Dat was leuk geweest,’ zei een ander. ‘Maar droom lekker verder, ze hebben het al weer bijgelegd.’
‘Mooi.’ Het was zeker een plottwist geweest als Olsen Blitz nu ter plekke had neergestoken en daar vervolgens spijt van had gehad, maar dat kon later ook nog wel. Het was pas dag 2. De dodenteller stond op vijf. Er waren nog genoeg vijanden over om eerst uit te schakelen. Tyrell keek naar de andere Spelmakers. ‘Bijna tijd voor dag 3,’ zei hij. ‘Tijd om Siam in te schakelen.’ Er werd geknikt. Plan Siam was ook een van die plannen die ze een codenaam hadden gegeven, maar waarvan ze ook nu nog niet met zekerheid konden zeggen of het plan ook uitgevoerd zou worden. In ieder geval niet voor dag 3 hadden ze afgesproken en nu stond dag 3 voor de deur.
‘Oh ja,’ Tyrell haalde een verfrommeld briefje uit zijn zak. Het was het briefje dat hij die ochtend had geschreven. ‘Hier heb ik nog een klein plannetje. Niks bijzonders, maar misschien leidt het nog ergens toe.’  
Terug naar boven Ga naar beneden
http://goldenlionofra.deviantart.com
Tyrell Peak
Hoofd Spelmaker
Tyrell Peak

PROFIELAantal berichten : 2155
Registratiedatum : 20-07-13
KARAKTER
Karakter Informatie
Geslacht: Man
Beroep: Spelmaker
Leeftijd: 33

Aapjes kijken Empty
Onderwerp: Re: Aapjes kijken | ma apr 17, 2017 2:39 pm

Als zijn slaapkamer geen raam had gehad, had Tyrell waarschijnlijk maar weinig daglicht gezien deze dagen. Niet dat hij nu wél veel daglicht zag. Hij keek uit over een ontwakende stad (dat wil zeggen, de zon kwam al op, maar de inwoners lagen waarschijnlijk nog wel een paar uurtjes te pitten) en zette zijn bril op. De wereld werd meteen een stukje donkerder, en erg oranje.
Nadat hij ook een hoge hoed had uitgezocht – donkerblauw spijkerstof vandaag, voor de verandering – begaf hij zich naar de controlekamer, waar zijn ontbijt al klaar zou moeten staan. Het was niet ver lopen: in deze belangrijke dagen had hij een slaapkamer in het hart van het Spelmakers hoofdkwartier. Hij moest immers snel tot actie over kunnen gaan wanneer er iets boeiends gebeurde in de Spelen.

Vannacht was er blijkbaar niets boeiends gebeurd, want hij was niet vroegtijdig gewekt. Hij was de dag ervoor op gebleven tot het moment dat McLean en Shine waren gaan slapen – zij waren de laatsten geweest. Het tweetal had nog een poging gedaan hun bondgenoten te zoeken, maar hadden dat op moeten geven. Het was dan ook stikdonker zo ’s nachts in de arena. Geen maan, geen sterren en nauwelijks kunstmatig licht.
Tyrell wist het niet zeker, maar blijkbaar hadden McLean en Shine de knijpkat, die Travers had gehad voor hij werd gedood, niet meegenomen. Er werd weliswaar goed in de gaten gehouden wie welke attributen had, maar om eerlijk te zijn was Tyrell de knijpkat uit het oog verloren: het was dan ook niet het meest boeiende object.

Toen Tyrell de controlekamer binnen kwam, zag hij zijn ontbijt al staan. Hij ging er althans voor het gemak maar vanuit dat het zíjn ontbijt was en dat het niet klaarstond voor een van zijn ondergeschikte collega’s. Het zachtgekookte eitje was nog warm, het croissantje rook heerlijk en er kwam damp van de koffie. Het leek erop dat hij voorlopig niets te klagen had.

Terwijl hij at, bekeek hij wat de huidige stand van zaken was in de arena. Daar waren de eerste tributen ook al aan het ontbijten. Russo en Spurling hadden achter hun barricade overnacht. Eeuwig zonde dat niemand even een brandende lucifer naar binnen heeft gegooid, dacht Tyrell spijtig. Zo’n barricade zou toch zeker wel goed branden? Anderzijds bestond de barricade waarschijnlijk teveel uit plastic en metaal om het gewenste effect te krijgen.

Terwijl het tweetal hun schuilplaats verliet en de omgeving ging verkennen, gingen ook Blitz en Olsen op pad. Niet alleen om hout en noten te verzamelen, maar ook om net die laatste vijftig meter nog te wandelen. Toen ze terug waren, konden ze het ei openen.
Als Tyrell Rook’s gedachten had kunnen lezen, had hij er nu zo-veel spijt van gehad dat hij de eieren niet gevuld had met nepkuikentjes.
Blitz en Olsen vonden dat waarschijnlijk niet zo erg, zij leken wel tevreden met hun emeici. Of ze ermee om zouden kunnen gaan? De tijd zou het leren. Het waren in ieder geval geen wapens die standaard bij de trainingen werden aangeboden, maar ze hadden een scherpe punt en alles wat een scherpe punt had was geschikt om gaatjes mee te prikken in – bijvoorbeeld – een luchtpijp.

‘Ah, het ei is uitgekomen?’ Quinten Junior kwam naast Tyrell zitten en zette zijn kop diepzwarte koffie voor zich op tafel. Voor het gemak ging Tyrell ervan uit dat er geen reactie van hem werd verwacht.
Even zaten ze in stilte te kijken hoe Blitz en Olsen hun nieuwe wapens uitprobeerden. Toen begon Quinten aarzelend: ‘Dat ideetje van gisteren, over Suzy... had je dat écht niet eerst even met ons kunnen overleggen.’
Waar is dát goed voor? dacht Tyrell, maar hardop zei hij: ‘Ik heb het toch met jullie overlegd?’
‘Ja... maar wel pas nadat je dat briefje naar Suzy hebt laten sturen.’
‘Klein detail.’ Tyrell haalde zijn schouders op. ‘Zoveel stelt het nou ook weer niet voor en misschien doet ze er wel helemaal niets mee. Ze heeft vannacht ongetwijfeld een kans gehad om er wél iets mee te doen, maar kijk eens: ze zitten er alle vijf nog.’
‘Dat is het punt niet. Wat heeft het voor zin dat er meerdere spelmakers zijn als...’ Quinten maakte zijn zin niet af toen hij zag hoe Tyrell steeds geïrriteerder begon te raken. ‘Oké, laat ook maar,’ zei hij tenslotte. ‘Een detail, meer niet.’

Inmiddels waren Blitz en Olsen op pad gegaan en kregen ze een sponsoring. ‘De Adelaar,’ zei Tyrell slechts, toen bleek van wie de sponsoring kwam. Het was goed dat de media zich met de Spelen bemoeiden. Het was minder goed dat de ninja-handschoenen wel erg overeen kwamen met wat er in het ei van Blitz en Olsen zat – het ei dat ze ongetwijfeld deze dag nog zouden openen.
‘Waarom denken dat soort mensen...’ (doelend op de redactie van deAdelaar) ‘dat ze origineel moeten zijn?’ klaagde Tyrell. ‘Hadden ze niet gewoon een mes kunnen sponsoren? Nu lijken de tekko kagi niet meer origineel.’ Hij tikte met zijn vingers op tafel en keek toen naar een van de andere schermen.
Russo en Spurling hadden de binnenspeeltuin ontdekt en dit keer verbaasde het Tyrell niets dat Russo meteen het kind in zichzelf weer de volledige ruimte gaf. Spurling daarentegen leek alleen maar chagrijniger te worden – hetzij van de honger, hetzij van de kinderlijkheid van haar bondgenoot, hetzij van het steeds knipperende licht: knipper, knipper, knipper, even uit, knipper, even aan... Eerlijk gezegd werd Tyrell er ook niet bijzonder vrolijk van, nu hij het zo op een groot beeldscherm zag. Gelukkig ging het geknipper niet zó snel dat mensen er een epileptische aanval aan over zouden houden...

...Hm...

Tyrell krabbelde een paar woorden op een papiertje (Quinten probeerde tevergeefs mee te lezen) en volgde toen weer Russo’s bewegingen. Ze vermaakte zich namelijk in de ballenbak en leek nu door te hebben dat er in één van de ballen iets verstopt zat. Na even peuteren met haar mes wist ze het uit de bal te halen.
Maar ja, wat had ze eraan? Tyrell geloofde niet dat Russo snel zou uitvinden waarvoor het voorwerp bedoeld was. Er waren teveel opties, waarvan ze de helft nog niet eens ontdekt had – inclusief de enige juiste optie.

‘Als Toby en Rook nou een beetje doorlopen,’ zei Quinten plotseling. Het tweetal was inmiddels bij de vogelkooien aangekomen en probeerden een uiltje te lokken. ‘Een aanvaring met Xio en Avery zou niet verkeerd zijn.’
‘Dat zou een leuk gevecht opleveren,’ beaamde Tyrell. ‘Maar ik denk niet dat Russo en Spurling dat zouden overleven...’ Korte stilte. ‘Niet dat dat erg zou zijn. Dat er mensen sterven blijft toch een beetje het idee van de Spelen.’
Olsen en Blitz hadden inmiddels het uiltje overmeestert en keken wat er op het briefje stond dat hij om zijn poot had gehad. Tyrell lachte toen hij de reactie van Blitz zag. ‘Die breekt nog eens een keer zijn eigen poot als hij zich op het verkeerde object afreageert.’ Hoewel dat een amusante gedachte was, was het niet half zo amusant als het idee dat hij zijn woede ook af kon reageren op het dichtstbijzijnde bondgenootschap.

Helaas kwam er geen aanvaring. De twee bondgenootschappen kwamen dicht bij elkaar in de buurt, maar zagen elkaar niet. Net zoals alle andere bondgenootschappen elkaar ook niet tegenkwamen. De enige ontmoeting die plaatsvond, was dat de twee helften van één bondgenootschap werden herenigd: McLean en Shine vonden hun bondgenoten en haalden ze uit de kuil.
‘Wat een trouw,’ mompelde Tyrell teleurgesteld. Heel even had hij de hoop gehad dat McLean en Shine hun speren in zouden zetten om een makkelijk einde te maken aan Naysmith en Orchard, maar helaas... net als het grootste bondgenootschap, was ook deze grote groep te vredelievend.

‘Nou ja, dat scheelt ons weer een trappetje,’ zei Quinten optimistisch.
‘Maar ook een chantagemogelijkheid,’ zei Tyrell, die minder bekend was met optimisme.
‘Ach,’ Quinten haalde zijn schouders op. ‘Alsof chantage nodig is. Ze weten allemaal dat er maar één winnaar kan zijn, daar hoeven we ze niet aan te herinneren.’
‘Ze hebben anders geen haast... Bijna alsof ze denken dat we er ook wel tevreden mee zijn als wíj al het vuile werk moeten opknappen.’ Wat ook geen enkel probleem was, maar het was wel wat saaier dan als de tributen het onderling gewoon uitvochten.
‘Het is nog vroeg,’ zei Quinten. ‘Dag 3. Siam is geactiveerd, de dieren hebben honger en er zijn al aardig wat wapens gevonden. Kasa herstelt weer, de mockingjay is begonnen met het nabootsen van conversaties en – kijk! Dat ene bondgenootschap heeft de gifkikkers gevangen. Ze zijn toch wel van plan hun speren te gaan gebruiken, zo te zien. Als we vannacht de hokken opengooien...’
‘Niks áls,’ onderbrak Tyrell hem. ‘We gooien de hokken open, ongeacht de stand van zaken. Zie je de tijgers onrustig voor de deur van hun hok heen en weer lopen? Ze willen op jacht...’ Hij zweeg even en vervolgde toen ongerust-geïrriteerd: ‘Vorig jaar hadden we rond deze tijd negen doden. Het jaar daarvoor elf. Het jaar dáárvoor maar liefst zestien! We zitten nu pas op zes. Als we niet uitkijken, gaan de kijkers afhaken.’
‘Het is pas dag 3,’ herhaalde Quinten, maar meer dan dat probeerde hij er niet tegenin te brengen, want hij wist ook wel dat dat geen zin had. Tyrell wilde bloed, tranen en wanhoop zien, geen stelletje padvinders.

Het was een kleine troost toen Lucca Golden die nacht in het hok van de neushoorns klom om wat water te halen en dat hij dat hok niet in levende lijve verliet. En verrassend was het dat de Dappere Dodo’s een kruisboog kregen - hopelijk zouden ze er onverstandige dingen mee gaan doen.
Terug naar boven Ga naar beneden
http://goldenlionofra.deviantart.com
Tyrell Peak
Hoofd Spelmaker
Tyrell Peak

PROFIELAantal berichten : 2155
Registratiedatum : 20-07-13
KARAKTER
Karakter Informatie
Geslacht: Man
Beroep: Spelmaker
Leeftijd: 33

Aapjes kijken Empty
Onderwerp: Re: Aapjes kijken | do mei 18, 2017 8:44 pm

Hij kon de kleine weerhaakjes voelen van het apparaatje dat zich in zijn huid had gepind. Er begonnen lampjes te knipperen. Zwetend probeerde hij het apparaatje uit zijn arm te halen, maar het zat stevig vast. Instinctief wist hij wat het inhield: een bom. Het was verdomme een bom. Zijn hart klopte snel, angstig. Hij wist plotseling dat als hij het apparaatje los trok – en daarmee een pijnlijke hoeveelheid huid meenam – de bom af zou gaan. Maar hij wist ook dat als hij niets deed, de bom net zo goed af zou gaan. Ondertussen bleven de lampjes knipperen. Geen aftelklokje. Geen getik. Alleen dat knipperende licht en die pootachtige grijphaakjes, die zich steeds vaster en vaster leken te bijten. Zweet druppelde langs zijn hoofd.

Onrustig werd hij wakker. Het was warm. Even wist hij niet waar hij was, maar toen zag hij de vertrouwde omgeving van zijn slaapkamer. Hij voelde aan zijn arm, maar daar leek niets mis mee. Langzaam drong het tot hem door dat het een nachtmerrie was geweest en tegelijk kwam het besef dat het een bron van inspiratie was. Tyrell rolde zijn bed uit, kleedde zich om, griste ergens een stapel papier en een potlood vandaan en haastte zich toen naar de controlekamer. Hij had weer wat briljante ideeën uit te schetsen.

Het was nog vroeg in de ochtend, maar de tributen waren al wakker. Tyrell was net op tijd om te zien hoe Olsen en Blitz een brood gesponsord kregen. Hij mompelde iets over dat hij hoopte dat er wormen in zaten en vroeg toen om zijn eigen onbijt (wáárom stond dat nog niet voor hem klaar?!)
Hij nam plaats op zijn gebruikelijke comfortabele stoel en verzekerde zichzelf ervan dat er echt niets boeiends was gebeurd sinds hij die nacht was gaan slapen. Tot zijn teleurstelling waren de tijgers eerst achter een stel goudenleeuwaapjes aan gegaan en lagen ze nu te slapen tussen de afgekloven karkassen.

Hij pakte een vel papier en begon het apparaat uit zijn nachtmerrie te schetsen. Hij voelde dezelfde thrill die hij had gevoeld toen hij wakker was geworden. Dit was iets geniaals. Heel wreed, maar juist daarom zo geniaal. Het was perfect te gebruiken voor de Hongerspelen.
Wat hij tekende had misschien nog het meeste weg van een platgedrukte spin. Het lijf was een octagon, met daaraan acht metalen pootjes. De metalen pootjes eindigden in scherpe punten met weerhaakjes. Ze moesten zelfs de meest eeltige huid gemakkelijk kunnen doorboren – stel dat iemand er per ongeluk met zijn voet bovenop ging staan, dan zou het toch jammer zijn als het apparaat alleen maar wat onnozele prikjes kon uitdelen.

Tyrell staarde even peinzend voor zich uit, terwijl hij zich afvroeg of er zoiets bestond als een aantrekkingskracht op huid of bloed – een beetje zoals een magneet vanalles kan aantrekken. Het zou natuurlijk handig zijn als hij zijn nieuwste uitvinding ergens achter kon verstoppen en dat het automatisch op een langslopende tribuut af vloog. De pootjes pinden zich dan vast in de huid en dan... Tyrell trok een lijn van het midden van het apparaatje naar een lege ruimte en schreef daar: Bom. En toen daaronder: Vergif? Waarna hij rond het woord bom nog een paar bom-gerelateerde opties opschreef en rond het woord vergif een aantal gifsoorten die hem te binnen schoten. Ten slotte schreef hij bovenaan: Klann-II. Omdat elk zichzelf respecterend idee een werknaam nodig heeft.

Toen hij opkeek, zag hij dat Spurling en Russo één van de dikzakken uit hok 29 te grazen namen. Dat ging niet vlekkeloos, maar leverde hun wel een aardige maaltijd op. Terwijl ze zich terughaastten naar hun barricade, lieten ze een hoop bloed en resten achter – en wat wapens in de vorm van slagtanden. Al snel streken de gieren op de plek des onheils neer. Het zou waarschijnlijk niet lang duren voordat ook de wolven het bloed zouden ruiken.

Tyrell zag dat Olsen en Blitz inmiddels ook weer op oorlogspad waren. Ze sloten het hok van de beren, waarop Tyrell glimlachte. Wat dachten ze precies dat het zou helpen? Als de hokken één keer van een afstand opengegooid konden worden, dan konden ze dat een tweede keer ook. Hij wierp even een blik op de tijgers, maar die leken niet door te hebben dat er twee sappige tieners niet ver van hen vandaan waren. Jammer, jammer, jammer. Een gemiste kans.
Anderzijds zou een aanval van de tijgers een nog veel boeiendere confrontatie hebben voorkomen en dat zou nog veel meer jammer, jammer, jammer zijn geweest. Olsen en Blitz kwamen erg dicht in de buurt van de verblijfplaats van Russo en Spurling, zou het nu dan...?
Nu pas besefte Tyrell dat Williams en Locklear ook niet langer passief herstelden van hun eerste gevecht. Ze achtervolgden het tweetal uit 3. Maar met welke intentie? Hij was niet zo naief om te hopen dat ze Blitz en Olsen als hun eerste slachtoffers zouden uitkiezen, die oogten (ondanks de gebroken arm) te sterk.

Spurling en Russo, die terug waren gelopen naar het hok van de zeeleeuwen, zagen hun vijanden als eerste. Ze probeerden zich verstopt te houden, maar Blitz had een soort zesde zintuig om tributen te lokaliseren en zag het tweetal. Er leek geen moment geaarzeld te worden. Blitz en Olsen renden naar Spurling en Russo, die zich het hok van de zeeleeuwen in haastten. Williams en Locklear keken toe en Tyrell schoof naar het puntje van zijn stoel. Hij was zich er nauwelijks van bewust dat de andere Spelmakers enigszins gehaast binnen kwamen, alsof dit de enige plek was waar ze het gevecht goed konden volgen.

Olsen leek toch even te aarzelen toen ze zag dat ze het hok van de zeeleeuwen moesten betreden, maar Blitz had daar veel minder last van en gaf zijn tas aan zijn bondgenoot. Hij zou springen.
‘Dat joch wordt je dood, Olsen,’ zei Tyrell. En dat vond hij jammer, want in tegenstelling tot Blitz, leek Olsen wel hersenen te hebben. Hij twijfelde er niet aan of ze zou ver zijn gekomen als ze niet door Blitz in allerlei problemen was gebracht. Hoe dacht ze goed te kunnen vechten met een gebroken arm?
Maar, eerlijk is eerlijk, Blitz zorgde met zijn onstuimige optredens wel voor vermaak en dat was waar het allemaal om draaide. Hij nam de aanloop, sprong, negeerde de zweep en het mes en ging in de aanval. Russo stak meteen weer toe toen hij op zijn benen stond, maar Blitz sloeg het wapen opzij met zijn klauwwapens. Als Tyrell nog verder op het puntje van zijn stoel zou gaan zitten, zou hij er vanaf donderen. Het kon niet anders of er ging hier – ja, kijk, daar ging al weer een hoop bloed! Grote spetters mengden zich met de plassen water. De zeeleeuwen haastten zich het water in, geenszins van plan om bij het gevecht betrokken te raken. Dat was ook niet nodig, de tributen waren van zichzelf al agressief genoeg.

Blitz was een beest. Hij voelde de pijn van de zweepslagen die Spurling hem toebracht wel, dat was aan zijn gezicht te zien, maar hij zette het voornamelijk om in woede.
‘Ja, geweldig!’ werd er opgetogen geroepen door een van de spelmakers. Tyrell keek verward naar een ander scherm, waar Williams en Locklear in actie waren gekomen. Ze probeerden Olsen het water in te krijgen. Drie bondgenootschappen. Zes tributen. Wie zouden daarvan overblijven?

Russo in ieder geval niet. Blitz haalde uit naar haar keel en het volgende moment was er nog meer bloed dan er al was. Ze kermde slechts zachtjes, maar dat kon de pret voor Tyrell niet drukken. Russo was zo goed als dood. Hij straalde van plezier. Hier moest op gedronken worden.
Maar ze was nog niet dood. “Zo goed als” liet nog ruimte over voor een laatste wanhoopsdaad. Ze zou niet de eerste tribuut zijn die een ander met haar mee sleurde. Haar uithaal met haar mes was een voltreffer.
‘En nog één neer!’ riep Tyrell opgetogen uit. ‘Knappe jongen die die steek overleeft.’
Een schreeuw deed Tyrell weer naar het andere scherm kijken, waar een spartelende Olsen op haar zwakste punt werd gepakt: haar arm. Waar een normaal mens kippenvel zou krijgen van een perfecte hoge noot tijdens een mooi concert, voelde Tyrell een aangename rilling door die schreeuw van pijn. Dit was spanning. Dit was sensatie. Het kon hem al niet meer schelen dat zijn voorspellingen van geen kant klopten, het ging om de zwanenzang: de emotie, de wanhoop, de angst, het lijden, de pijn, het bloed, de laatste ademtocht  en het kanonschot op het eind.

Zelfs voor de maatstaven van het Capitool was hij in wreedheid misschien wat doorgeschoten.

Russo was de eerste die stierf aan haar verwondingen, maar werd al snel gevolgd door Blitz. Hij kroop naar het water.
‘Wat doet hij nou dan?’ Tyrell krapte verward de zijkant van zijn hoofd, waarbij zijn hoed wat schuin zakte. ‘Hij had zulke vechtlust en nu, op het laatst, als hij Spurling ook nog even goed kan verwonden kruipt hij de andere kant op...’
Drama-queen
Nog een laatste klap en Blitz was uitgeschakeld. Uitgeschakeld door een meisje. Een klein meisje nog wel. Olsen werd ondertussen onder water gehouden. Tyrell schold op wat mensen in de controlekamer, omdat het gevecht onder water niet goed in beeld gebracht kon worden. ‘Waarom hebben jullie er niet éérder aan gedacht dat er misschien wel iemand verdronken zou worden? Stelletje amateurs!’
Maar ook dat kon de pret niet drukken. Tyrell was meer dan tevreden toen het lichaam van Olsen naar boven kwam – levenloos. De Hongerspelen konden alleen bestaan als er verrassingen waren, en een verrassing was de uitkomst van dit gevecht zeker. Voordat District 4 zich ermee had bemoeit, was het zeker geweest dat Spurling en Russo zouden sterven.

Het was blijkbaar zijn geluksdag. Niet alleen vielen er drie doden bij dat eerste gevecht, ook ging het bondgenootschap van Naysmith, McLean, Shine en Orchard uit elkaar. Het was misschien geen knallende ruzie met al dan niet per ongeluk vermoorde tieners, maar het was fijn te weten dat er in ieder geval één bondgenootschap uitgedund was. Nu dat laatste grote bondgenootschap nog.

Tyrell keek naar het bondgenootschap van vijf personen, die het o-zo rustig hadden. Hij had gehoopt dat Finnegan iets meer actie zou ondernemen, maar zo te zien had ze daarvoor nog iets meer redenen nodig. Wel stelde ze aan Afolayan voor om er met z’n tweeën vandoor te aan. Tyrell was heel even hoopvol, maar Finnegan’s reactie op de afwijzing van Afolayan was ronduit teleurstellend. Ze sprong niet uit haar vel, ze ging niemand te lijf, nee, ze ging gewoon als een kleuter in een hoekje staan. ‘Nou, daar hebben we ook niet veel aan.’
Tyrell nam een slok van de champagne, die hij had laten brengen om het eerdere gevecht te vieren.

Gelukkig waren er altijd nog de dieren.

Er ontstond paniek in het bondgenootschap toen er ergens in de middag een leeuwin verscheen. Tyrell schoof weer naar het puntje van zijn stoel en zette zijn champagneglas op tafel. Dit ging leuk worden!
En inderdaad, de leeuwin sprong op Afolayan af. Er ontstond een gevecht, waarvan Tyrell hoopte dat er minstens twee doden zouden vallen: de leeuwin en nog iemand anders. De leeuwin hoefde echt niet al zijn waardevolle tributen uit te schakelen. Het zou nogal onhandig zijn als zij als winnares uit de Spelen zou komen.
Tyrell glimlachte toen hij zich voorstelde hoe Cecilia de leeuwin zou moeten kronen.

Al snel was het gevecht voorbij. De leeuwin had zich niet laten kennen, maar kon niet op tegen een meerderheid van mensen. Ze stortte ter aarde. Tyrell keek afwachtend toe hoe erg Seppänen eraan toe was, zijn mond half open van spanning. Er volgde een scene waarin het Seppänen gegund werd zijn laatste woordjes te mompelen. Precies wat ze nodig hadden voor wat mooie beelden. Er zouden genoeg Capitoolbewoners met pijn in hun hart en tranen in hun ogen de laatste seconden van Seppänen’s leven volgen.  

Tevreden leunde Tyrell achterover in zijn comfortabele stoel. Dat was hem het dagje wel weer. Vier doden – als je de gedode dieren niet meetelde.
‘We zetten de deuren vannacht weer open,’ zei hij tegen zijn collega’s. ‘Dan kunnen de beren misschien ook nog wat actie ondernemen.’
Toen keek hij naar het enige tweetal dat vandaag geen aandacht van hem had gekregen. Moore en Heda. De Dappere Dodo’s. Hij besefte dat hij onbewust waarde was gaan hechten aan het tweetal, alsof hij geloofde dat ze zich alleen rustig hielden om op te laden voor een totaal onverwachte moordpartij.
Hij hoopte het.
Maar hij schatte de kans erg klein.
Terug naar boven Ga naar beneden
http://goldenlionofra.deviantart.com
Tyrell Peak
Hoofd Spelmaker
Tyrell Peak

PROFIELAantal berichten : 2155
Registratiedatum : 20-07-13
KARAKTER
Karakter Informatie
Geslacht: Man
Beroep: Spelmaker
Leeftijd: 33

Aapjes kijken Empty
Onderwerp: Re: Aapjes kijken | zo jul 16, 2017 11:50 am

‘Laten we gewoon een muntje opgooien,’ zei Snowneedle, die niet de moeite nam het laatste beetje wijn in zijn glas te doen, maar de fles direct aan zijn lippen zette. Hij slaakte een gelukzalige zucht en zette de fles weer neer. ‘Ik bedoel, we weten toch niet wie waar is op het moment dat we het plan in werking zetten.’
De andere spelmakers knikten instemmend. Hij had gelijk: ze wisten niet of de meeste tributen die nacht binnen zouden zijn, of juist buiten. Bij gebrek aan een muntje, werd Cane’s zojuist bezorgde biertje geopend, zodat ze het dopje konden gebruiken voor hun beslissing.
Het werd de nevel.
Het was de avond van dag 5 en ze hadden zojuist met een bierdopje besloten dat er tributen moesten sterven aan mist. Die mist bestond natuurlijk niet uit gewone waterdruppeltjes. Een selecte groep van scheikundigen had er maanden aan gewerkt, om te zorgen dat het de juiste uitwerking op het menselijk lichaam zou hebben. Tyrell wilde graag symptomen zien die leken op de symptomen van strychnine-vergiftiging, maar dan langzamer. Langzaam. Pijnlijk. Dodelijk op langere termijn.

Er moest weer wat actie zijn op dag 6, want dag 5 was rustig geweest. Het meest opvallende van de dag was de aanval van de pinguïns op Naysmith en Orchard. Collega Wheelbarrow was in tranen geweest om alle afgeslachte pinguïns en was verschrikkelijk boos geworden op Tyrell.
‘Ik zei toch dat we geen echte dieren moesten gebruiken!’ had ze geroepen. ‘Die arme beestjes!’
Tyrell had haar uitgelachen.
Het leek erop dat ze nog niet beseft had dat de mist ook de dieren ook zou raken. In feite was de kans erg groot dat geen enkel dier levend uit de arena zou komen.

De volgende dag. Dag 6. Het duurde niet lang voordat sommige tributen de bijwerkingen van de mist ontdekten. Ze voelden zich niet goed. Wie niets beters te doen had, zoals Tyrell, kon de tributen voor zijn (of haar) ogen zien aftakelen. Ademen ging lastiger. Een enkeling begon te stuiptrekken.
De spelmakers begonnen wedjes te leggen. Hoeveel tributen zouden er die dag sterven? En wie ging er als eerste ten onder? Ze waren het er allemaal over eens dat Finnegan en Heda het zwakst waren.
‘Maar ik schat Heda slim genoeg in om niet te lang in de mist te blijven,’ zei Tyrell. ‘Ze is vast niet helemáál kinds.’
‘Maar Finnegan heeft betere bondgenoten. Heda heeft niets aan dat jochie, maar Finnegan zal vast gered worden door die twee uit elf,’ zei Cane.
‘En “dat jochie” dan? Wie zegt dat híj het gaat overleven?’ vroeg Quinten.
Ze keken allemaal zwijgend naar de beeldschermen. Naysmith en Orchard waren intussen een gang in gelopen. Ze volgden de mijngang helemaal tot het einde, waar ze tussen de leeuwen terecht kwamen. Geen van de spelmakers geloofde dat dat echt boeiende beelden op zou leveren. De leeuwen keken toe hoe het luik open ging, de tributen zagen dat ze in het leeuwenhok terecht waren gekomen en maakten rechtsomkeer. Hoe leuk was het geweest als er toevallig een hongerige leeuw vlak voor het luik had gezeten!
Het kon wel eens de laatste actie zijn geweest van de katachtigen. Wat jammer dat ze er niets van hadden gemaakt.

Later op de dag kwamen Orchard en Naysmith hun oude bondgenoten weer tegen. Heel even was Tyrell hoopvol. Ze koesterden vast wraakgevoelens!
Maar nee, niets was minder waar. Tyrell keek knarsentandend toe hoe het bondgenootschap van het viertal hersteld werd. Geen wraakgevoelens, geen haat, geen neiging om elkaar te doden. Jammer, zo jammer...
Anderzijds, dacht Tyrell terwijl hij van zijn wijn nipte, het kon ook heel mooi zijn als dit viertal dikke vrienden werd en uiteindelijk als enige vier nog overbleven. Dan kreeg je drama, dat was zeker. Hij vroeg zich af wie hij dan het liefst zou zien winnen, maar hij kon geen keuze maken tussen Naysmith en Shine.

Dag 6 sloot af met een ongelukje tussen Heda, Moore en een kruisboog. Tyrell proestte zijn wijn haast weer uit. Op alle mogelijke manieren waarop het had kunnen eindigen voor Moore, werd hij neergeschoten door zijn kleine, nutteloze bondgenote. Het was ongetwijfeld heel dramatisch en zielig allemaal, hoe Heda de jongen probeerde gerust te stellen, hoe ze niets kon doen aan zijn lijden. Ze kon hem niet helpen. Ze liet hem liggen en kroop naar binnen, naar één van de torens van District 3.
Ze was uit de mist, uit het verval, maar de vraag was: hoeveel schade had ze al geleden? Was er echt nog kans op overleven, of stelde ze het alleen maar uit door naar binnen te gaan? Tyrell kon er niet wakker van liggen. Heda was nooit een mogelijke winnaar geweest, het was verbazingwekkend dat ze het nog zo lang volhield.
Er had ondertussen nog geen kanonschot geklonken, Moore ademde nog – zij het langzaam, nauwelijks zichtbaar. Hij leed waarschijnlijk niet eens meer. Hij bewoog in ieder geval niet. Hij huilde niet eens. Hij lag daar maar. Te sterven.
Tyrell leunde achterover in zijn stoel en besloot geduldig af te wachten tot het kanonschot klonk. Morgen zouden er hopelijk weer meer slachtoffers te betreuren zijn.

Terug naar boven Ga naar beneden
http://goldenlionofra.deviantart.com
Tyrell Peak
Hoofd Spelmaker
Tyrell Peak

PROFIELAantal berichten : 2155
Registratiedatum : 20-07-13
KARAKTER
Karakter Informatie
Geslacht: Man
Beroep: Spelmaker
Leeftijd: 33

Aapjes kijken Empty
Onderwerp: Re: Aapjes kijken | ma sep 11, 2017 9:19 pm

Het was veel te vroeg. Het kwart voor twaalf ‘s ochtends. Dag 8. Tyrell had nog barstende hoofdpijn van de nacht ervoor en was eigenlijk helemaal niet in staat om naar de felle beeldschermen in het Spelmakershoofdkwartier te kijken.
Maar ja , hij kon moeilijk wegblijven.
Met een zwarte panterprint hoge hoed op zijn hoofd en een donkere bril (die de wallen onder zijn ogen prima verborg) voor zijn ogen, stapte hij de controlekamer van de Spelmakers binnen. De schuifdeuren gleden achter hem dicht. Hij keek rond, zag een aantal collega’s en nog wat ondergeschikten en zei: ‘Het is tijd voor plan Hide.’

‘Plan Hide? Welke was dat ook alweer?’ vroeg Vespasianus Vinegar. Hij streek nadenkend over zijn sikje. Tyrell negeerde hem.
‘Alle tributen zijn binnen, dus dit is het perfecte moment.’
‘Plan Hide is veel te rigoreus,’ protesteerde Camilla Wheelbarrow. Ze schudde haar hoofd. ‘Dat is meer iets voor Dag 10. Gisteren zijn er ook al vier doden gevallen en...’
‘Heb ik om jouw mening gevraagd?’ snauwde Tyrell. Hij liep naar een van de werknemers die achter een knoppenpaneel zat en duwde die aan de kant. Er waren tientallen, zo niet honderden knopjes. Tyrell zette zijn hoed recht. ‘Juist ja. Welke is voor Plan Hide?’

De werknemer wilde antwoord geven, maar werd aan de kant geduwd door Wheelbarrow. ‘Nee,’ zei ze fel. ‘Dit hoor je met ons te overleggen.’
Tyrell trok zijn wenkbrauwen op. Wheelbarrow kneep haar ogen tot spleetjes, haar mond werd een dunne streep. Even stonden ze zo zwijgend tegenover elkaar. Toen richtte Tyrell zich weer tot het knoppenpaneel.
‘Waag het niet me te negeren!’ Wheelbarrow draaide Tyrell ruw weer om, zodat ze hem aan kon kijken. ‘Het is nog te vroeg voor Plan Hide. Als we al die daken laten instorten, zal niemand het overleven.’
‘Onzin.’ Tyrell schudde zijn arm los uit haar greep. ‘Ze zijn nu allemaal binnen. Dit is dé manier om ze allemaal naar elkaar toe te jagen. Ze zullen naar buiten vluchten, maar buiten is de mist, dus zullen ze weer naar binnen vluchten. Hopelijk allemaal naar hetzelfde gebouw.’ Hij keek over Wheelbarrows schouder naar de werknemer waarvan hij de naam niet wist. ‘De daken van de jungle, de mangrove en de binnenspeeltuin. Nu graag.’
‘Waag het niet,’ zei Wheelbarrow over haar schouder. ‘Ik zal je persoonlijk ontslaan.’
‘En ik zal je persoonlijk promoveren.’ Tyrell glimlachte vals. ‘Het ziet er immers naar uit dat er een vacature voor Spelmaker vrijkomt.’
Wheelbarrow opende haar mond. Sloot die weer. Opende hem opnieuw en beet vervolgens op haar lip. Woede, teleurstelling, angst, het kon Tyrell niet zoveel schelen wat hij precies in haar ogen zag, haar mond was gesnoerd.

De werknemer typte wat in op een touchscreen en wees toen op het knopje dat ingedrukt moest worden om de drie daken te laten instorten. Tyrell ging enthousiast achter het knoppenpaneel zitten en keek gespannen naar de klok. Nog één minuut, dan was het precies 12 uur, voor de drama. Nog dertig seconden. Vijftien. Vijf. Vier. Drie. Twee. Één.
Het ging allemaal zo snel. Nauwelijks had hij de knop ingedrukt, of er klonk een luide knal vanuit de arena. De glazen daken sprongen in duizenden stukjes uiteen, het plafond van de speeltuin stortte in grotere brokstukken naar beneden.

Even was het stil. Tyrell wist niet naar welk scherm hij moest kijken om de eerste overlevende te zien. Hij hoopte dat er een overlevende was. Pas nu drong het tot hem door wat het zou betekenen als er géén overlevende was. Geen winnaar. Het einde van de Hongerspelen van dit jaar. Daar zat hij niet op te wachten, niet zo snel al. Met bonkend hart keek hij naar de beelden.
Gelukkig, er waren overlevenden. Tributen die beschermd waren door bomen en door speeltoestellen. Slechts bij het team van District 11 en 5 bleef het stil. Heel stil.
Tyrell glimlachte. De adrenaline van het moment ebte langzaam weg. Nu was het nog slechts genieten van de tributen die niet wisten wat ze overkomen was. Zouden ze een ander gebouw durven ingaan? Waarom renden ze eigenlijk weg? Wat gevallen was kon niet langer meer vallen, toch? Waren ze niet veel veiliger op de plek des onheils, dan in de gangen en ruimtes die nog in konden storten?

Hij stond op en vroeg om een glas wijn. ‘En kan iemand die arme tributen een oppepper sturen? Ik dacht aan wat jodium en wat pincetten voor de glassplinters. En paracetamol. Altijd goed, paracetamol.’

Terug naar boven Ga naar beneden
http://goldenlionofra.deviantart.com
Tyrell Peak
Hoofd Spelmaker
Tyrell Peak

PROFIELAantal berichten : 2155
Registratiedatum : 20-07-13
KARAKTER
Karakter Informatie
Geslacht: Man
Beroep: Spelmaker
Leeftijd: 33

Aapjes kijken Empty
Onderwerp: Re: Aapjes kijken | zo okt 22, 2017 12:02 pm

Met nog maar twee bondgenootschappen in leven, zes tributen, mocht je aannemen dat het einde naderde. Tyrell moest toegeven: hij vond dat het tijd werd. De leefstijl van de Hongerspelen begon zijn tol te eisen. Hij was chagrijnig, moe en ongeduldig. Dat had er misschien ook mee te maken dat zijn voorspellingen voor de dodenreeks van deze Spelen van geen kant klopte. Hij was teleurgesteld dat Afolayan niet meer leefde, terwijl Tyrell er zeker van was geweest dat juist die als overwinnaar uit de strijd zou komen.
En wat leefde er nu nog? Drie jongens, drie meisjes. Maar de meisjes maakten een veel sterkere indruk dan de jongens. Wat deed Spurling nog in het spel? Naysmith en Williams had hij niet hoger ingeschat dan de middenmoot. Shine iets hoger dan dat, maar juist die was er nu slecht aan toe. Straks ging het eindgevecht tussen Locklear en McLean...
Zijn gedachten waren niet al te helder meer en deze dag – dag 9 van de vierde Hongerspelen – was de eerste dag dat hij niet wakker kón blijven. Zijn hoofd zakte steeds verder weg. Hij schrok weer op, keek naar de schermen, zag niets boeiends en knipperde een paar keer met zijn ogen. Maar het werd steeds moeilijker om die ogen open te houden. Het was ondoenlijk om rechtop te blijven zitten. Hij plantte zijn armen op de tafel voor hem en ondersteunde zijn hoofd, maar het mocht niet baten. Nog geen minuut later zakte hij verder voorover en viel hij in een diepe slaap. Droomloos. Gelukkig.

Hij werd heen en weer geschud. Zijn ogen weigerden open te gaan. Hij was in de war. Sliep hij? Droomde hij? Vaag hoorde hij een stem. Was dat zijn naam? Hij werd nog eens heen en weer geschud.
Met een heleboel wilskracht wist hij zijn ogen te openen. Hij had hoofdpijn. Hij zag licht. Hij merkte dat iemand naast hem stond, die iets raaskalde over dat dag 9 bijna was afgelopen. Dag 9? Wat was dag 9?  Langzaam begon het hem te dagen.

‘U wilt toch zeker het volkslied niet missen?’ zei de persoon die het gewaagd had hem wakker te maken. Tyrell duwde zichzelf overeind. Hij zette zijn bril weer goed op zijn neus en haalde een hand door zijn haar. Hoed. Waar was zijn hoed? Hij rolde zijn stoel naar achteren en speurde de grond af. Daar, onder tafel.
Pas toen zijn hoed – eentje met een veer, die nu geknakt was – weer op zijn hoofd stond, kon hij zijn gedachten weer volledig op de Spelen richten. Juist ja. Het einde van dag 9.

Hij schrok van wat hij zag.

‘Waarom is Siam niet geactiveerd?’ vroeg hij verbaasd, boos, geschokt. Hij sprong overeind. ‘Er staan tributen bij de olifant, waarom is hij niet ontploft?’
‘Sorry meneer Peak, ik weet niet wie...’
‘Zet hem aan. NU.’ Het kon Tyrell niet schelen tegen wie of wat hij het had, als iemand die stomme olifant maar opblies. ‘Vanaf dag 3 had ik gezegd. Hij zou automatisch moeten ontploffen zodra een tribuut er in de buurt kwam vanaf dag 3. Heb ik niet gezegd dat hij toen geactiveerd moest worden? Amateuristen! Wie is hiervoor verantwoordelijk?’
Tyrell bleef doortieren, met steeds meer kracht en denigrerende woorden naarmate hij wakkerder werd, totdat de olifant ontplofte. Met bedroevend resultaat. Er stierf geen enkele tribuut. Hij ging weer zitten. Teleurgesteld. Hij kon gewoon geen moment slapen, dan ging het allemaal mis. Als hij er toch niet was!

Het andere bondgenootschap was in het reptielenhuis, waar ze niet per se gevaar liepen. Ja, er lag een losse slang die hen in theorie kon aanvallen, maar slangen hadden maar zo weinig eten nodig... Ze hadden zeker een maand van tevoren moeten stoppen met hem eten geven, dan was de situatie nu anders geweest.
Zwijgend verliet hij de controlekamer. Dag 9 was niet zijn dag. Hopelijk zou de wereld er na een nachtje rust beter uit zien.

Inderdaad leek er in dag 10 meer energie te zitten. Beide bondgenootschappen gingen op pad, maar helaas kwamen ze elkaar niet tegen. Wel ging Shine steeds verder achteruit. Verder. En verder. En verder. Tot hij zijn laatste adem uitblies.
Tyrell leunde achterover en legde zijn voeten op tafel. Hij staarde naar de tvschermen. Hij wist het nu zeker: Locklear of McLean zou winnen. Hij wist niet wie van twee hij het minder gunde, maar hij keek in ieder geval uit naar het moment dat McLean haar bondgenoot in de nacht zou wurgen. De teleurstelling was dan ook groot toen McLean en Naysmith huilend in elkaars armen in slaap vielen.
Elke tribuut had wapens. Werd het tijd om ze naar elkaar toe te drijven en te zien hoe goed ze met die wapens om konden gaan?

OOC: Lalala, dat ging heel soepel. #not
Terug naar boven Ga naar beneden
http://goldenlionofra.deviantart.com
Tyrell Peak
Hoofd Spelmaker
Tyrell Peak

PROFIELAantal berichten : 2155
Registratiedatum : 20-07-13
KARAKTER
Karakter Informatie
Geslacht: Man
Beroep: Spelmaker
Leeftijd: 33

Aapjes kijken Empty
Onderwerp: Re: Aapjes kijken | di dec 26, 2017 11:39 am

In de nacht van dag 10 op dag 11 hadden de spelmakers verschillende flessen champagne en wijn, en een schaal vol zalm- en krabcocktails, gambaspiesjes met viseitjes en carpaccio op stokbrood laten komen.
Het was tijd voor overleg. Daarvoor kwamen ze samen in de vergaderzaal naast de controlekamer. Er hingen twee schermen waarop ze de Spelen konden volgen en nog een derde scherm waarop ze relevante informatie konden tonen. De grote vraag was: hoe konden ze de twee overgebleven groepen naar elkaar toe lokken?

‘We hebben een lijst met verschillende opties,’ zei Tyrell tegen zijn ondergeschikten. ‘We hoeven alleen een keuze te maken.’
Hij tikte wat in op zijn tablet en op het tv-scherm verscheen een lijst met opties. Het was geen hele duidelijke lijst, helaas. Pijltjes wezen van woord naar woord en weer andere woorden waren doorgekrast. Het was een Work in Progress, maar Tyrell had geen zin om er een echte lijst van te maken. Uiteindelijk was dit overleg alleen voor de vorm, om de anderen het idee te geven dat ze inbreng hadden, niet omdat hij echt iets met hun meningen wilde doen.

‘We kunnen wantrouwen zaaien binnen de groepen,’ zei Quinten Junior. ‘Staat dat ook op die lijst?’ Hij bekeek het scherm met samengeknepen ogen.
Tyrell keek hem een kort moment nors aan. Natuurlijk stond dat tussen de opties, hij was niet achterlijk. Hij besloot er niet op in te gaan. ‘Als de twee groepen in de ochtend bereid blijken om te vechten, maar gewoon totaal de verkeerde kant op lopen, dan kunnen we ze op een vriendelijke manier naar elkaar toe brengen. Denk aan dwaallichtjes die ze kunnen volgen.’
‘Dwaallichtjes? Overdag?’ dat was Antonius Snowneedle, die al dronken was voordat hij zijn eerste glas champagne gekregen had. Hij gebaarde nu naar een avox dat hij zijn glas voor de vierde keer aangevuld wilde hebben.
‘Natuurlijk is de kans groot dat ze helemaal niet met elkaar willen vechten,’ ging Tyrell verder alsof hij niets gehoord had. ‘Ze zijn allemaal gewond. Één dagje rust heeft ze misschien goed gedaan en wie weet slapen ze wel heerlijk vannacht, maar ze zijn niet opeens helemaal hersteld. Ze zullen meer rust willen. Die rust gaan we ze niet geven.’
‘Elf dagen voor een Hongerspelen is niet zó veel,’ zei Camilla Wheelbarrow. ‘Waarom wil je per se dat het de komende dag afgehandeld wordt?’
‘Het hoeft niet helemaal voorbij te zijn, maar er moet actie komen.’
‘Afgelopen dag is er nog iemand gestorven.’
‘Bij het nietsdoen, ja.’
‘Het was wel emotioneel...’
‘Maar niet sensationeel!’

Het was even stil. Het geluid van een toastje dat doormidden werd gebeten leek extra luid.
Tyrell schraapte zijn keel. ‘Er is natuurlijk een kans dat ze vanzelf naar elkaar toe gaan. Ze zijn moe, ze hebben er genoeg van. Misschien willen ze helemaal niet meer wachten.’ Hij keek naar een van de beeldschermen, waarop slapende tributen waren te zien. Wisten ze dat er nog twee groepen over waren? Of dachten beide groepen dat ze het tegen lone wolves moesten opnemen? ‘Ik wil tot het middaguur wachten, en als ze elkaar dan nog niet gevonden hebben, bemoei ik- wij ons er mee.’
‘Tot het middaguur? Waarom niet al eerder?’ vroeg iemand.
‘Eerder?’ vroeg iemand anders. ‘Waarom niet láter? Rond twaalf uur slaapt iedereen nog in het Capitool. Als je wilt dat het goed bekeken wordt...’
‘Laten we geen vaste tijd afspreken. Gewoon even kijken hoe het loopt...’
‘Meer wijn graag!’
‘Hebben we niet wat agressievere methodes om ze op elkaar af te sturen?’
‘We kunnen ze ook eerst op krachten helpen voor we ze naar elkaar toesturen. Zodat ze topfit zijn om elkaar af te maken!’
‘Kun je me die schaal pasteitjes aangeven?’
‘Waarom zouden we dát doen? Dat vergt alleen maar tijd en geld en moeite.’
‘Zou je met je mond dicht willen eten? Dankje.’
‘Zijn die pittige kipspiesjes nu al op?’
‘Zullen we anders gewoon een paar helicopters naar de arena sturen. Dan tillen we die kindjes met van die grijp-dingen op en zetten we ze bij elkaar in de buurt neer.’
‘Oooh! Net als bij zo’n grijpautomaat!’
‘Jaaa! Mag ik dan sturen?’
Tyrell zuchtte en leunde achterover. Tot zover zijn goede bedoelingen. Hij wist allang wat er ging gebeuren als de tributen elkaar niet vanzelf op zouden zoeken, maar in ieder geval hadden deze trieste figuren nu weer het idee dat ze wat inbreng hadden.

De meeste spelmakers vonden het grijpmachine-idee het leukst. Gelukkig hoefde Tyrell nooit uit te leggen waarom hij dat idee nooit van zijn leven zou uitvoeren: ’s ochtends werd snel duidelijk dat de tributen niet hulpeloos gingen wachten op wat er zou komen.
Ze zeiden het misschien niet met zoveel woorden, maar elk van hen had de wapens gereed. Naysmith met speer en mes, McLean met morgenster. Spurling met zweep en het mes van haar voormalig bondgenote, de twee uit vier elk met emeici en tekko kagi.
Het strijdveld zou het pad worden tussen de verlaten vogelkooien. De gieren, fazanten en parelhoenders, de secretarisvogel en de roodsnaveltok, de kerkuil, de neushoornvogel en de kookaburras waren allang weggevlogen of gestorven.

Wie had van tevoren geweten dat daar de laatste strijd geleverd zou worden? Dat vroeg Tyrell zich af terwijl hij vanuit wel tien verschillende camerastandpunten naar de vijf laatste tributen keek. Hij twijfelde er niet aan of dit zou het laatste gevecht worden. Van alle overgebleven tributen zag hij alleen Naysmith ervoor aan om weg te rennen voor het einde, de rest zou doorvechten tot de dood of de overwinning.
In de controlekamer werd zwijgend toegekeken. Sommige spelmakers hadden een glas wijn in de hand, om de kater van de afgelopen nacht weg te drinken, maar elk van hen was nog verrassend scherp – en behoorlijk geïnteresseerd. Ieder had zo zijn eigen favoriet. Voor Tyrell was dat Williams. Hij wist dat Williams helemaal niet de meeste kansen had, maar hij weigerde te geloven dat er weer een vrouwelijke tribuut zou winnen.

‘Succes,’ fluisterde Spurling, nauwelijks hoorbaar voor het grote publiek. Dat was het startschot voor haar team. Ze begonnen te rennen. Tyrell zette zijn glas wijn naast zich op tafel, zonder zijn blik van het scherm te halen.
McLean haalde iets uit haar zakken: een metalen bol. Het plan was goed. Met die bom zou ze het hele drietal in één keer kunnen uitschakelen. Mis! smeekte Tyrell in gedachten. Het gevecht zou hoe dan ook geen half uur duren, maar tien seconden zou wel heel erg een anticlimax zijn.
Gelukkig was McLean niet gemaakt voor langeafstandswapens. Ze wierp te snel, of met te weinig kracht. Had ze geen rekening gehouden met het gewicht van de bom en de zwaartekracht? Hoe dan ook, de bom ontplofte op een leeg stuk asfalt, met niet meer gevolgen dan een gat in de grond en wat rondvliegende brokstukjes.
Het volgende moment had het drietal het tweetal al bereikt. Spurling iets later dan haar twee bondgenoten, die zich meteen met hun klauwen op McLean stortten. Twee tegen één, ze wisten blijkbaar heel goed wie van de twee tegenstanders het grootste probleem zou opleveren.

‘Laf! Laf!’ werd er door een van de spelmakers geroepen. Dat verbrak de stilte die tot dan toe in de lucht had gehangen. Nu openden ze allemaal hun monden om commentaar te leveren op het gevecht. Het “laf” had natuurlijk geslagen op Spurling, die zich niet zoals haar bondgenoten meteen op de vijand stortte, maar zoveel mogelijk afstand bewaarde. Ze viel niet aan, maar bleef maar om Nino roepen.

‘Ik snap het niet,’ klaagde Tyrell. Dat zou hij niet snel hardop toegeven, maar het was eruit voor hij er erg in had. Hij snapte niet waarom Spurling dacht dat Naysmith haar een blik zou gunnen, als het echte gevaar uit de hoek van 4 kwam. Hij snapte niet wat Spurling hier nog deed, terwijl ze ook weg kon rennen en kon afwachten wie er als winnaar uit de strijd zou komen. Hij snapte niet waarom de twee uit 4 het meisje uit 6 opnieuw in hun bondgenootschap hadden opgenomen. Hij snapte niet dat er zoiets kon bestaan als vertrouwen tussen tributen uit verschillende districten.
Gelukkig had niemand zijn bekenning gehoord en zelf was hij ook al snel weer afgeleid. De meest chaotische en meest trage minuten sinds Dag 4 waren begonnen.

McLean was gewond geraakt door de tekko kagi van Williams en haalde woest uit met haar morgenster. Dat was minder effectief, want het drietal stond zo dicht op elkaar, dat het lastig was om volle kracht achter haar aanval te zetten.
Plotseling staakte Williams zijn aanval. Hij vloekte. Er ging gejuich op bij de spelmakers toen ze zagen dat Naysmith een speer in Williams zij had geprikt. Naysmith trok zijn speer meteen terug. Hij leek niet erg te genieten van het bloed dat uit Williams’ zij gutste. Tyrell ook niet. Hij vloekte mompelend. Vecht terug, slapjanus! dacht hij. Naysmith is geen winnaar. Jíj moet winnen.

Het gaat wat ver om te zeggen dat Williams hem gehoord had, maar die liet zich in ieder geval niet kennen en  haalde uit met zijn klauw. Hij miste rakelings.
Zonde! Tyrell beet zenuwachtig op zijn nagels. Hij was blij dat Naysmith zich nu in ieder geval om twee tributen moest bekommeren, maar hij had weinig hoop dat Spurling van doorslaggevende waarde zou zijn. Ze had absoluut geen reden om Williams te helpen aan een overwinning. (Tenzij ze in alle stilte liefdevolle gevoelens voor hem had ontwikkeld, maar dat ging Tyrell’s verbeeldingsvermogen wel een beetje te boven).

Het was moeilijk om de aandacht tussen beide gevechten te verdelen, ook al vonden ze zo dicht op elkaar plaats. Het gevecht van McLean en Locklear was dan ook een wirwar van bewegingen waarbij beide meisjes de aanvallen van de ander tot minimale schade wisten te beperken. Het waren twee goede vechters.
Quinten Junior stond Locklear enthousiast aan te moedigen. Al van het begin van de Spelen had hij geroepen dat zij zou winnen, met het oog op de goede resultaten van haar zus en haar duidelijke strijdlust. Antonius Snowneedle was nog zo iemand die zijn favoriet-van-het-eerste-moment nog kon zien winnen: Xiomara Spurling. Hij had niet echt een gegronde reden waarom hij zijn geld op haar in had gezet, behalve dat haar zus het ook goed had gedaan. Dat dat te danken was geweest aan haar sterke bondgenoot, wuifde hij telkens weg. Sterke bondgenoten zoeken was óók een tactiek.

Een schreeuw van Williams. Weer was hij geraakt door de speer. Tot overmaat van ramp richtte Spurling zich niet langer op Naysmith, maar besloot ze Locklear te helpen. ‘Rotkind,’ mompelde Tyrell. Toch wist Williams Naysmith aanzienlijke schade aan te doen en ook Locklear wist enigszins de overhand te krijgen op McLean.
Naysmith op zijn knieën, McLean ook al half op de grond... maar ze vochten voor hun leven. Ze wilden nog niet opgeven. Naysmith stootte zijn speer omhoog, recht door een long van Williams. Vanuit alle zeven spelmakers klonk het geluid van ingehouden adem. Locklear werd tegen de grond geslagen door de morgenster. De spelmakers hielden hun adem nog wat langer in. Een wanhopige uithaal van Williams. Naysmith was verrast. Raak. De emeici stak uit zijn hals, zijn ogen draaiden weg, overal was bloed en luid klonk het kanonschot dat zijn dood definitief maakte.

‘Ho-ly f-,’ dat was ongeveer de algehele reactie in de controlekamer toen Spurling zich plotseling weer tot Williams wendde. Niks bondgenootschap. Ze rende op de jongen af en stak hem zonder een spoor van aarzeling neer. Duncan Williams was dood.
Spurling. McLean. Locklear. Drie meisjes, waarvan er twee daadwerkelijk konden vechten, maar waarvan de zwakste er nog het beste aan toe was.

Nee. Twee meisjes. Terwijl Tyrell’s aandacht op de dood van Williams was gericht, opende Locklear nogal agressief de buik van McLean. Die viel bloedend op de grond. Ze ademde nog, er was geen kanonschot, maar ze vormde geen directe bedreiging meer.
Spurling rende op Locklear af. Hij kon zich de opmerkingen van Cecilia al voor de geest halen, over de superioriteit van het vrouwelijke geslacht en dat soort belachelijke beweringen. Damn. Als Spurling maar niet won. Hij was niet vergeten dat haar zus in de allereerste Hongerspelen zijn badeend had vermoord.

Locklear was duidelijk de betere vechter. Enigszins paniekerig weerde ze de aanval van Spurling af, maar wist haar wel naar de grond te krijgen, waar Locklear sowieso in het voordeel was. Er volgde een worsteling. Sommige spelmakers riepen om het bloed van Locklear, anderen moedigden Spurling aan. McLean was al half vergeten, ook al zocht haar hand nog naar haar wapen.
Spurling stak naar Locklear’s ogen. Locklear weerde af met de tekko kagi. Wat was die tekko kagi toch een handig wapen in zo’n kleine ruimte. Ook al bestond er altijd de kans om jezelf per ongeluk te steken. Waarom stak Locklear niet gewoon een oog uit bij haar tegenstandster? Maar dit was ook effectief. Met de tekko kagi begon ze een algehele vernietiging van Spurlings onderarm, totdat het genoeg was. Ze trok het wapen los en stak krachtig naar Spurlings keel. Er klonken twee kanonschoten, maar of McLean of Spurling eerder dood was, kon niemand nog met zekerheid zeggen. Misschien deed het er ook niet toe, want één ding was wel duidelijk: er was een winnares. Kasa Locklear.

In de controlekamer klonk een luid en enthousiast applaus.
Terug naar boven Ga naar beneden
http://goldenlionofra.deviantart.com
Gesponsorde inhoud



PROFIEL
KARAKTER

Aapjes kijken Empty
Onderwerp: Re: Aapjes kijken |

Terug naar boven Ga naar beneden
 

Aapjes kijken

Vorige onderwerp Volgende onderwerp Terug naar boven 
Pagina 1 van 1

 Soortgelijke onderwerpen

-
» Puntjes kijken
» Paradepaardjes kijken
» Alleen Even Kijken

Permissies van dit forum:Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum
De Hongerspelen :: De Spelen :: Het Hongerspelen Archief :: 4de Hongerspelen :: Het Capitool-